Deel 21

Herinnering en rouw

 Fysiologische veranderingen zijn bij chronisch getraumatiseerde mensen dikwijls aanzienlijk. Mensen die als kind zijn mishandeld, verwaarloost, misbruik, slagen er vaak niet in een normaal slaap- of eet ritme te ontwikkelen. Somatische (lichamelijke klachten zonder lichamelijke oorzaak) symptomen komen in deze groep veelvuldig voor. De oorzaak kan gevonden worden in de spanningen en stress. Recent wordt er steeds meer onderzoek gedaan naar neurotransmitters (stoffen in de hersenen) die van invloed zijn op de psyche, maar ook op slaapritme, angsten enz.

De lange termijnveranderingen in het brein na mishandeling. 
(Uit een lezing door prof. Dr. Bernet Elzinga)

 Mensen die vroeger verwaarloosd of misbruikt zijn, ontwikkelen later vaak depressieve klachten of angstklachten. Door onderzoek weten we dat deze sporen van jeugdtrauma’s ook zichtbaar zijn in het brein. De hersenen zijn op hun kwetsbaarst vanaf de geboorte tot en met ongeveer het zestiende jaar. We zien in het brein dat volwassenen met een geschiedenis van mishandeling in de jeugd anders reageren op stress en dreiging. Deze littekens in het brein hebben ook gevolgen voor het reguleren van emoties. Op volwassen leeftijd ervaren veel van deze mensen de wereld als minder veilig. Toch ontwikkelt niet iedereen die mishandeld of misbruikt is zich op dezelfde manier en lang niet iedereen ontwikkelt psychische klachten. Ook zijn er grote verschillen in de mate waarin mensen met een jeugdtrauma hun eigen kinderen verwaarlozen of misbruiken. Ons onderzoek richt zich ook op de vraag wat mensen die de mishandeling wel voortzetten onderscheidt van hen die dat niet doen.
(Prof. dr. Bernet Elzinga is als hoogleraar Stress-related Psychopathology verbonden aan de Faculteit der Sociale Wetenschappen van de Universiteit Leiden.)

Mishandeling laat hersensporen na.


Mensen die als kind zijn mishandeld hebben een kleinere hippocampus

DOOR: NADINE BÖKE



Kindermishandeling laat zijn sporen na in je hersenen. Letterlijk: mensen die als kind zijn mishandeld, hebben een kleinere linker hippocampus. En daarmee een verhoogd risico op psychische aandoeningen. Sommige ervaringen tekenen je voor het leven. Niet alleen figuurlijk, maar ook letterlijk. Het is al langer bekend dat wie als kind mishandeld is, een grotere kans heeft op aandoeningen zoals depressie, posttraumatisch stresssyndroom en schizofrenie. Langzaam maar zeker wordt nu ook duidelijk hoe dat komt: de traumatische ervaringen uit de kindertijd zorgen voor blijvende veranderingen in de hersenen. 

 Zoals gezegd bleek kindermishandeling een duidelijk effect op de hersenen van de proefpersonen te hebben gehad. Dit was met name zichtbaar in de linker hippocampus; een verschijnsel dat ook bekend is uit onderzoek bij psychiatrische patiënten en uit de genoemde experimenten met ratten. De belangrijkste onderdelen van deze hippocampus waren bij jongvolwassenen die als kind waren mishandeld zo’n zes procent kleiner dan bij hun gelukkiger opgegroeide leeftijdsgenoten. 
(dit is een ingekorte versie)

Rouwen om traumatische verliezen
 Trauma’s gaan altijd gepaard met verlies en deze verliezen brengen een breuk teweeg in de normale opeenvolging van generaties en onttrekken zich aan de normale sociale conventies van het rouwproces. Dikwijls zijn die verliezen onzichtbaar of worden niet (h)erkend, daarom bieden gebruikelijke rouwrituelen weinig troost. Overlevenden zijn vaak bang voor deze fase in het herstelproces. Als ze eenmaal toegeven aan hun verdriet, het niet meer op zal houden. Niet alleen angst maar ook trots kan een rol spelen om niet te rouwen. (Ik gun de dader die overwinning niet). Een patiënt die niet in staat is verdriet te hebben, is afgesneden van een deel van zichzelf en slaat daarmee een deel van het genezingsproces over. Het hele scala aan emoties dient zijn plaats te hebben in het herstelproces.

 De meest algemene oorzaak van stagnatie in de tweede herstelfase is dan ook het rouwen en de weerstand die komt omdat het zo moeilijk is. Er is vaak wel een verhulde vorm om uiting te geven aan de gevoelens van rouw.


Fantasieën over magische oplossingen door wraak, vergiffenis of compensatie, komen het meeste voor. 
De wraakfantasie is dikwijls een spiegelbeeld van de traumatische herinnering. 
Het slachtoffer denkt dat hij/zij de angst, schaamte en pijn kwijt kan raken door het de dader betaald te zetten. 
Voor sommigen lijkt het de enige manier om het eigen machtsgevoel te herstellen.


 In werkelijkheid maken wraak en fantasieën niet dat de overlevenden zich beter, of opgelucht voelen, maar verergeren zij de kwellingen. Het kan even dwangmatig en beangstigend zijn als het oorspronkelijke trauma. Ook het zelfbeeld van de overlevenden is er niet bij gediend. Zij zijn ook uitermate frustrerend, want wraak kan het kwaad dat is geschied nooit ongedaan maken of verzachten. Van mensen die daadwerkelijk wraakacties plegen is bekent dat zij hun posttraumatische symptomen niet kwijt raken, doch juist tot de ernstigste en hardnekkigste stoornissen lijden.

 Op deze manier zijn slachtoffers dus eigenlijk daders geworden. Ook daarom is het zo belangrijk om zo snel en kundig mogelijk in te grijpen na een trauma. Ten eerste help je de overlevenden en voorkom je een jaren lange lijdensweg van het posttrauma, maar het voorkomt ook dat slachtoffers geen andere uitweg zien, dan zelf tot gruwelijke daden over te gaan. In onze maatschappij zie je dat de focus (aandacht en middelen) nog altijd in hoge mate bij de daden en de daders liggen. Persoonlijk vind ik dat dweilen met de kraan open. Wat niet wil zeggen dat het een excuus voor daders is, of dat alle daders dit doen vanwege PTSS. 

 Naast wraak grijpen overlevenden ook wel naar vergiffenis. Zij trachten hiermee hun gevoel van onmacht te overstijgen. Eenvoudig, maar doeltreffend omschrijf ik dat maar als; alles met de mantel der liefde bedekken. Maar nog haat, nog liefde zijn in staat het trauma uit te bannen. Echte vergeving kan pas geschonken worden als de dader die heeft gevraagd, verdient (door schuldbekentenis), berouw van zijn/haar daden en door genoegdoening. Dit komt echter zelden voor. Ook dit kan echter voor de overlevenden een tijd lang het herstelproces stop leggen, want ook nu blijft het slachtoffer afhankelijk van de dader.


Er is licht aan het eind van de tunnel



Gelukkig hoeft de overlevenden daar niet op te wachten en kan genezing vinden in de liefde in haar/zijn eigen leven. 

Eenmaal gerouwd om het trauma kan het een enorme bevrijding te weeg brengen. 

Billijke compensatie, of het recht daarop is echter een legitieme vraag van veel overlevenden. 


 De keerzijde is een langdurige, vruchteloze strijd om de dader of anderen schadevergoeding af te dwingen. Hierdoor kan het een afweerstrategie zijn om de volle realiteit van wat verloren is gegaan niet onder ogen te zien. Rouwen is de enige manier die recht doet aan het verlies. (ook hiervan zijn praktijkvoorbeelden, net als bij de wraakacties, dat geld (schadevergoeding) het trauma alleen maar verergerd)

 Hiermee is niet gezegd dat er in het geheel geen compensatie hoeft te zijn, maar dat er moet worden opgelet tot welke prijs! De eis tot genoegdoening kan aan de samenleving als geheel worden gesteld of aan personen afzonderlijk. Soms lijken ze zuiver financieel, maar er zijn onherroepelijk ook belangrijke psychologische aspecten in het geding. Het kan gebeuren dat er bijzondere eisen door de patiënt aan de hulpverlening, of specifiek aan de therapeut worden gesteld. (zoals een voorkeursbehandeling, ter erkenning van het enorme leed dat hem/haar is aangedaan) Hierbij verliest de patiënt de realiteit uit het oog en fantaseert over een ideale samenleving of behandeling.


Hoe een hulpverlener zich hoort op te stellen

 De therapeut kan de verantwoordelijkheid tegenover de patiënt het best vervullen door trouw het verhaal aan te horen, niet door de overlevende als een kind te behandelen of speciale gunsten te verlenen. Het slachtoffer heeft geen enkele schuld voor wat hem/haar is aangedaan, maar draagt wel verantwoordelijkheid voor het eigen herstel. 

 De politieke gevangene, die onder dwang anderen heeft verraden, de oorlogsveteraan die wreedheden heeft gepleegd of de mishandelde man/vrouw die de kinderen niet heeft beschermd, zal misschien denken dat zij ergere misdaden hebben begaan dan de daders. De overlevenden moeten rouwen om het verlies van hun morele integriteit en zelf een manier vinden om genoegdoening te geven. Daarmee bevestigen zij dat zij hier en nu tot een morele keuze in staat zijn.

 

Traumaverwerking is hard werken

 Overlevenden van een chronisch trauma in de kindertijd staan voor een dubbele taak; rouwen om wat verloren gegaan is, maar ook om wat ze nooit bezeten hebben. Concreet betekend dat, ik neem mijzelf maar weer als voorbeeld, dat ik mijn vertrouwen in mensen voor een groot deel ben kwijtgeraakt. Het vermogen om ‘zorgeloos’ (als kind, noch als volwassenen) te kunnen spelen heb ik nooit ervaren.



De existentiële wanhoop heb ik als kind nooit onder ogen (kunnen) zien. 



Ik heb mij in alle mogelijke bochten gewrongen om hoop te blijven koesteren.






 De confrontatie, als overlevende met de wanhoop, die je tijdens het trauma niet hebt kunnen toelaten, brengt, meestal tijdelijk, een verhoogd risico mee op zelfmoord. 
In tegenstelling tot de zelfvernietigingsdrang in de eerste fase van het herstelproces kan dit suïcidaal gedrag overkomen als uiterst kalm, emotieloos en schijnbaar rationeel. Patiënten gaan soms filosofische discussies aan over het recht op zelfdoding. Het is van groot belang door deze intellectuele afweer heen te breken. Wat heeft het leven (nog) voor zin als het vermogen tot liefhebben teniet is gedaan?!

 Vertroostende beelden oproepen kan hier uitkomst bieden. Er zijn altijd wel personen of situaties in het leven van een patiënt die positief en liefdevol zijn geweest. Dieren zijn vaak geliefd en kunnen een gevoel van mededogen bij de overlevenden bieden. Na de wanhoop opent zich ook weer een leven van hoop op nieuwe ervaringen en relaties. De genezende kracht van het rouwproces en het vermogen van mensen tot vernieuwing zijn terug te vinden in onze gehele geschiedenis.


Elke keer opnieuw, dag voor dag een beetje beter
 De herstelfase van herinnering en rouw heeft een tijdloos karakter. Het zal vrijwel altijd langer duren dan de patiënt lief is, maar het duurt niet eeuwig. Zelf heb ik ervaren dat mijn herstel vaak onderbroken is (soms door mijzelf, soms door omstandigheden). Dat er telkens weer een moment kwam, waarop het zich weer aandiende en ik er weer mee aan de slag kon, wilde of moest.

 Als het om trauma uit je jeugd gaat, die je voor een groot deel hebt verdrongen, weet je nooit of alles naar boven is gekomen. Toch heb ik vaak gedacht dat ik het nou toch wel zo’n beetje had gehad. Ook die gedachten zijn nodig. Daarnaast gaat het er vervolgens om wat je dan met die herinneringen doet en kunt. Om veel heb ik nog steeds niet kunnen rouwen en dat blokkeert mij vandaag de dag.

Elke keer kom je een stapje dichter bij een aangenamer leven. Soms is het goed je te richten op je gewone dagelijkse leven, maar telkens zul je bereid moeten zijn je herstelproces op te pakken. 
In de herhaling van het vertellen over het trauma schuilt genezing. 
Na een aantal keren merk je dat het niet meer die emotie oproept als bij de eerste malen. 
Het kan zelfs zijn dat je de interesse verliest. 


Citaat van Judith:
 De reconstructie van het trauma is nooit geheel voltooid; in elke nieuwe fase van de levenscyclus zullen nieuwe conflicten en uitdagingen het trauma onherroepelijk weer tot leven wekken en een nieuw aspect van de ervaring aan het licht brengen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Deel 2

Deel 3

Deel 24